Innovatiesteun gaat voor bijna 60% naar grote multinationals terwijl onze eigen KMO's in de kou blijven staan. Men redeneert al te gauw dat KMO's niet geïnteresseerd zijn in innovatie.
"Niets is minder waar," aldus Kristof Thijssens, "volgens een UNIZO-studie is 89% van de KMO's actief bezig met innovatie. Er is dus wel degelijk interesse.
Wat wel klopt, is dat de KMO's nog pro-actiever benaderd moeten worden."
Vooral het vernieuwen of verbeteren van de organisatie en werkmethode is de belangrijkste innovatie-activiteit bij de KMO, gevolgd door het aanboren van nieuwe markten. Open innovatie komt minder voor: KMO's steunen hiervoor immers op externe kenniscentra, een stap die veel ondernemers niet durven zetten.
Kristof Thijssens: "Dat vooral de bedrijven die voldoende grote onderzoeksbudgetten het vaakst gebruik maken van de steun, is een rechtstreeks gevolg van administratieve last. Een KMO richt zich vooral op de kern van de zaak, waardoor er geen tijd of budget over is voor het indienen van subsidieaanvragen.
Het innovatiebeleid moet meer op maat van de Kempense KMO's. Zij zorgen immers voor werkgelegenheid in de streek en verdienen een duwtje in de rug."
UNIZO werkt ook vandaag al samen met de provinciale innovatiecentra die de KMO’s moeten aanzetten en begeleiden in hun innovatieprojecten. “Het IWT financiert vandaag nog te veel de projecten van grote ondernemingen, omdat die het meeste slaagkans hebben.
Terwijl projecten van KMO’s, met misschien een groter risico, wel het grootste potentieel hebben om extra werkgelegenheid in Vlaanderen te creëren”. De organisatie benadrukt wel dat het een verantwoord risico moet zijn. “Het is niet de bedoeling geld te investeren in vooraf verloren projecten”, aldus nog UNIZO.
De top zes van innovatie-activiteiten bij KMO’s zijn volgens de UNIZO-innovatiestudie in volgorde van frequentie:
nieuwe of verbeterde organisatie en werkmethode (37,9%), aanboren van nieuwe markten (30,3%), doorvoeren technologische vernieuwingen of verbeteringen (27,3%), nieuwe of verbeterde processen doorvoeren (26,5%), nieuwe of verbeterde producten realiseren (24,8%) en ten slotte nieuwe over verbeterde diensten aanbieden (22,2%).
89 procent is op één of andere manier met innovatie bezig. 11 procent is ook onderzoeksactief. De meeste KMO’s, 69%, innoveren dankzij eigen medewerkers, 62% betrekt ook leveranciers en 41% de klant. Samenwerking met kenniscentra is wel beperkter bij KMO’s.
Slechts 11% van de KMO’s werkt voor innovatie samen met een universiteit, 13% met een hogeschool.
